gedichten langs de geul valkenburg

Andreus, Hans

HANS ANDREUS

(1926 Amsterdam - 1977 Putten)

Hans Andreus is het pseudoniem van Johan Wilhelm (Hans) van der Zandt. Hij schreef poëzie, proza en veel kinderboeken.

Zijn gedichten behoorden tot de experimentele dichtkunst van De Vijftigers. Anderzijds onderscheidde Andreus zich van hen. Hij debuteerde in 1951 met de bundel Muziek voor kijkdieren in de poëziereeks De Windroos. Daarna volgden tot en met 1976 meerdere bundels, die werden opgenomen in Verzamelde Gedichten.

Bastings Seline

Seline Bastings heeft als leerling van het Sopianum dit gedicht geschreven:

 

Jouw reden

Seline Bastings

--

Waarom sta je hier bij de Geul?

Misschien om even alle stress te vergeten.

Jij bent de enige die dat zal weten.

Om te luisteren naar dat stromende water?

Of om te denken over je leven later?

Waarom sta je hier bij de Geul?

De rust, kom je daar voor?

Of om iemand te herdenken die je verloor?

Jij bent de enige die dat zal weten.

Kom je soms voor die mooie natuur?

Of ben je hier voor een wandelavontuur?

Waarom sta je hier bij de Geul?

Om te kijken naar de zon die op het water schijnt?

Of om te zien hoe het ijs in water verdwijnt?

Jij bent de enige die dat zal weten.

Nadenken, is dat wat je hier doet?

Wat je reden ook is, het is jouw reden en die is goed.

Waarom sta je hier bij de Geul?

Jij bent de enige die dat zal weten.

Bernlef

BERNLEF

(1937 St Pancras – 2012 Amsterdam)

De eigenlijke naam van Bernlef is H.J. Marsman; om verwarring te voorkomen met de dichter Hendrik Marsman koos hij het pseudoniem Bernlef, de naam van een 8ste-eeuwse Friese schrijver.

Bernlef schreef een groot aantal gedichten, romans, verhalen, toneelstukken en essays. Met de roman Hersenschimmen (1984) brak hij door bij het grote publiek.

Het werk van Bernlef is vaak bekroond. In 1962 kreeg hij de Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam voor zijn dichtbundel Morene. In 1984 werd zijn hele oeuvre bekroond met de Constantijn Huygensprijs. Voor de roman Publiek Geheim (1987) kreeg hij de AKO Literatuurprijs en in 1994 werd hem de P.C. Hooftprijs toegekend voor zijn poëzie.

Bloem, J.C.

J.C. BLOEM

(1887 Oudshoorn - 1966 Kalenberg)

Jacques Bloem studeerde na de HBS rechten in Utrecht. Vanaf 1916, na zijn promotie, vervulde hij een aantal banen in de ambtelijke en de rechterlijke sfeer. Zeven jaar was hij redacteur van de NRC. Na 1946 zette hij zich alleen nog in als dichter. Hij was een conservatief mens, maar niet zonder zelfspot. Hij ontving de volgende literaire prijzen: Constantijn Huygensprijs (1949), P.C.Hooftprijs (1952), en de Prijs der Nederlandse Letteren (1965).

“Bloems werk is doordrongen van verlangen naar een ideaal verleden dat nooit als zodanig bestaan heeft. Door het werkelijke leven ontgoocheld, wist hij tevens dat zijn verlangen nimmer bevredigd kan worden: noch door zoekend te zwerven, noch door de liefde, noch door zich terug te trekken uit de wereld. Slechts zijn dichterschap bood een weg tot omgang met dit verlangen.” (www.wikipedia.nl)

Boog, Mark

MARK BOOG

(1970 Utrecht)

De Utrechtse dichter Mark Boog was voor zijn debuut in 2000 actief in een schrijverscollectief. Zijn debuutbundel heet Alsof er iets gebeurt en leverde Boog de C.Buddingh-Prijs voor nieuwe poëzie op. Boog is geen man van onnavolgbare poëzie. Hij formuleert helder en precies, vaak ook virtuoos, maar niet op een opvallende of overdreven manier. In zijn tweede en derde bundel spelen de gedichten zich af in uiteenlopende gebieden als stranden en woestijnen.

Budé, Frans

FRANS BUDÉ

(1945 Maastricht)

Budé debuteerde in 1968 met gedichten o.a. in Elseviers Weekblad, Raster, De Gids en De Revisor. Zestien jaar later, in 1984, verscheen zijn debuut Vlammend marmer gevolgd door nog tien dichtbundels. Tot de meest recente behoren De trein loopt prachtig binnen (2003) en Blauwe rijst (2006). In 1999 verscheen Het perfecte licht, een verzameling verhalen en beschouwingen over beeldende kunst. Zijn novelle Afrit dateert van 2005. Budés nieuwste dichtbundel verscheen in maart 2009 onder de titel Bestendig verblijf. Over zijn poëzie schreef de Volkskrant: "Een tijdloos en nauwgezet onderzoek naar de grenzen van leven en dood, herinnering en vergeten, taal en stilte". Naast gedichten maakt Budé ook foto's en beelden, en is daarmee een dubbeltalent.

Campert, Remco

REMCO CAMPERT

(1929 Den Haag)

Campert bezocht de mulo en het gymnasium. Van meet af aan wilde hij schrijver worden. Hij woonde op diverse plaatsen, maar Amsterdam was de plek waar hij voortdurend terugkeerde. Voorjaar 1950 richtte hij met Rudy Kousbroek het tijdschrift Braak op. In juli van hetzelfde jaar werd de redactie uitgebreid met Lucebert en Bert Schierbeek. Net als het door Simon Vinkenoog opgerichte blad Blurb fungeerde Braak als platform voor experimentele dichters. Na het verschijnen van de bloemlezing Atonaal in 1951, onder redactie van Vinkenoog, werden de deelnemende dichters, waaronder ook Gerrit Kouwenaar, Jan Elburg en Hugo Claus, aangeduid als de Vijftigers. Zij waren allen in verzet tegen de literaire traditie en zij deelden het besef dat een nieuwe poëzie aan het ontstaan was. Campert was de minst experimentele dichter en gold als 'de meest verstaanbare Vijftiger'. Zijn werk bevat veel autobiografische elementen en is vaak cynisch of ironisch. In 1976 ontving hij de P.C. Hooft-prijs voor zijn poëzie. In 1979 kwam de dichtbundel Theater uit en een bundel verhalen met de titel Na de troonrede. Zijn beroemde roman uit 1961, Het leven is vurrukkuluk, is opnieuw uitgegeven als 'kado' aan de lezers in de campagne Nederland Leest 2011.

Coninck, Herman de

HERMAN DE CONINCK

(1944 Mechelen - 1997 Lissabon)

Herman de Coninck was dichter en essayist, leraar, journalist en redacteur van diverse tijdschriften. Hij studeerde Germaanse taal en letteren in Leuven. Hij geldt als een belangrijke vertegenwoordiger van het Vlaamse Nieuw Realisme.

Deze dichter gebruikte vaak illusies van de werkelijkheid in de taal van de poëzie. Geleidelijk evolueerde zijn werk in een meer romantische richting. Zijn werk werd in meerdere dichtbundels uitgegeven. De Coninck maakte zijn poëziedebuut in 1969 met De lenige liefde waarvoor hij de Yangprijs ontving. De bundel Zo lang er sneeuw ligt uit 1975 is sterk beïnvloed door persoonlijke ervaringen en werd bekroond met de Dirk Martensprijs van de Stad Aalst en de Prijs van de Vlaamse Provinciën. De Coninck vielen verder de Prijs van de Vlaamse Gids en de Jan Campertprijs ten deel.

Crebolder, Emma

EMMA CREBOLDER

(1942 St Jansteen, Zeeuws-Vlaanderen)

Emma Crebolder is afkomstig uit Zeeuws-Vlaanderen, maar woont al jarenlang in Limburg. Zij heeft Duitse taal- en letterkunde gestudeerd, en daarna, na een verblijf van enkele jaren in Tanzania met haar gezin, Afrikaanse talen en Bantoeïstiek. Vanaf 1972 woont zij in Limburg; eerst in Venlo, waar ze een jaar stadsdichter is geweest, en sinds 1987 in Maastricht, waar haar man hoogleraar was aan de Universiteit Maastricht. Zij heeft Swahili gedoceerd aan de Universiteit Nijmegen. Haar eerste dichtbundel, Een hol in de zon, werd gepubliceerd in 1979; haar nieuwste, Vergeten, in 2010.

Ekkers, Remco

REMCO EKKERS

(1941 Bergen N.H.)

Vanaf zijn HBS-tijd heeft Remco Ekkers al geschreven; in 1975 werden zijn eerste gedichten en verhalen gepubliceerd. In 1985 ontving hij een Zilveren Griffel voor zijn eerste bundel met jeugdpoëzie, Haringen in sneeuw. Hij verhuisde naar Groningen om er te studeren, en is sindsdien in het Noorden blijven wonen. Tot 1999 was hij verbonden als docent Nederlands en drama aan de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden.

Emmens, Jan

JAN EMMENS

(1924 Rotterdam - 1971 Utrecht).

Jan Ameling Emmens was hoogleraar kunstgeschiedenis en dichter. Hij debuteerde in 1957 met de bundel Kunst- en vliegwerk. Zijn gedichten zijn kleine stekelige, sceptische notities. Ze zijn verstandelijk én gevoelig en getuigen van grote eruditie en van ongekunsteldheid.

Emmens kreeg in 1971 de Fenixprijs van de Rotterdamse Kunststichting. Dichtbundels zijn onder andere: Een hond van Pavlov (1969); Gedichten (1974); en Verzameld Werk (1980-1981).

Enquist, Anna

ANNA ENQUIST

(1945 Amsterdam)

Anna Enquist is het pseudoniem van Christa Widlund-Broer. Ze studeerde psychologie en ook piano aan het Haags Conservatorium. Ze is psychoanalytica. Als dichteres is Anna Enquist een laatbloeier: ze debuteerde na een carrière als pianiste en psycholoog-psychotherapeut en psychoanalytica op haar 46ste met de poëziebundel Soldatenliederen in 1991. Haar bundels beleven herdruk op herdruk, nog extra gestimuleerd door de populariteit van haar romans. Met haar eerste roman Het Meesterstuk (1994) vestigde ze meteen haar naam als schrijfster. Ze won verschillende literaire prijzen, o.a. De C. Buddingh'-prijs voor nieuwe Nederlandse poëzie in 1992, en de Debutantenprijs, voor de roman Het Meesterstuk in 1995.